zondag 17 oktober 2010

Verloren op tijd of remise?

Mijn hulp werd ingeroepen door Martien van der Meijden naar aanleiding van een voorval tijdens de wedstrijd Combinatie - Dubbelschaak in de 3e klasse KNSB. In zijn partij tegen Rob Aerts waren beide spelers in vliegende tijdnood en toen wits vlag viel moest er gereconstrueerd worden om te bepalen hoeveel zetten waren gedaan. Het bleek wits 40e zet te zijn en besloten werd om door te spelen. Twee zetten later werd remise overeengekomen. Martien vroeg me of de gang van zaken de goede was. En als dat niet het geval zou zijn: kan ik nog protest aantekenen?"

Voordat ik op bovenstaande vragen in ga eerst de regels over het doen van een zet. In de regels wordt een onderscheid gemaakt tussen het doen van een zet en het voltooien van een zet. Je hebt een zet gedaan als je het te zetten stuk loslaat op het eindveld. Je hebt een zet voltooid als je daarna ook de klok hebt ingedrukt. De regels zeggen bovendien dat je verliest door het overschrijden van de tijd als je niet het voorgeschreven aantal zetten hebt VOLTOOID.

In Martiens partij heeft wit dus niet heet aantal voorgeschreven zetten voltooid, alleen gedaan. Volgens de regels verliest hij dan ook de partij. Als er een wedstrijdleider aanwezig was geweest bij de reconstructie had hij/zij dat moeten besluiten. Nu die er niet was en beide spelers concluderen dat wit voldoende zetten heeft gedaan gaat de partij verder. Maar dat is heel vreemd, want nu moet zwart zijn 40e zet nog doen. En ook die was in tijdnood en hoeveel tijd heeft hij nu nog? Bij het reconstrueren moet de klok stil staan dus als het goed is, is zwarts tijd bekend, maar prettig is het vast niet en het zal niet goed voelen voor de zwartspeler.

De conclusie is dus dat de gang van zaken niet klopte, maar kan Martien nog protest aantekenen? Martien heeft dat gedaan, binnen de gestelde termijn van 3 werkdagen (artikel 21 van het competitiereglement). Echter zijn protest werd niet ontvankelijk verklaard (niet in behandeling genomen), omdat hij op het wedstrijdformulier niet had aangegeven protest aan te gaan tekenen. De uitslag remise blijft dus staan.

Tot zover de praktijk. Stel dat Martien wel had aangegeven protest te willen aantekenen op het wedstrijdformulier, wat had de competitieleider dan moeten beslissen? Dat is een hele lastige, daar ga ik het volgende bericht aan wijden.

Tot slot nog enkele tips:
- Eigenlijk moet iedere schaker de regels kennen, maar het is heel handig als je 1 iemand in je team hebt die ze goed kent;
- Gebruik de kennis van je teamgenoten;
- Ook als je twijfelt: geef aan dat je protest wil aantekenen, je kunt het altijd intrekken;
- Vertrouw op je intuïtie, als het niet goed voelt klopt het vaak ook niet.

maandag 29 maart 2010

Regel 10.2

De meest controversiele regel in het schaakspel is wel regel 10.2. In een partij van Niels van enkele jaren geleden werd ik geroepen, omdat Niels' tegenstander remise claimde. Wat was het geval: Net voor de veertigste zet verschoof Niels, in gewonnen stelling, zijn koning enkele keren van h1 naar g1 en terug, om de tijdcontrole te halen. Zijn tegenstander claimde dat Niels geen winstpoging deed en wilde dat ik de partij remise zou verklaren. Een duidelijk geval van de klok en de klepel.

Regel 10.2 zegt: "Als de aan zet zijnde speler minder dan 2 minuten op zijn klok over heeft, dan mag hij remise claimen voor zijn vlag valt. Hij moet de klokken stilzetten en de arbiter waarschuwen."

Wat impliceert deze regel en wat ging er dan mis in de partij van Niels?
Ten eerste de factor tijd: Niels had minder dan 2 minuten op zijn klok om de 40 zetten te halen. Maar daarna zou hij weer 30 minuten extra krijgen. Dus hij heeft NIET minder dan 2 minuten over in de zin van regel 10.2. Die regel geldt alleen bij partijen zonder increment en alleen als er maar 2 minuten over zijn tot de laatste tijdcontrole.
Ten tweede mag alleen diegene met minder dan 2 minuten remise claimen. Hier claimde diegene die nog alle tijd van de wereld had.
In de partij haalde Niels met gemak de 40e zet en daarna vond hij ruim binnen de tijd de winst.

Stel dat de claim wel terecht was geweest wat moet een arbiter dan doen? Een arbiter heeft een drietal mogelijkheden. Hij kan de claim toekennen, weigeren of zijn beslissing uitstellen. Dat uitstel is tot er een vlag gevallen is en daarbij kan hij de tegenstander van diegene die claimt twee minuten extra toekennen.
Omdat de factor tijd een wezenlijk onderdeel van het schaakspel uitmaakt komt het maar zelden voor dat de claim wordt toegewezen. Vaak is dat alleen het geval als de partij met de meeste tijd b.v. een loper steeds over 1 diagonaal verplaatst of iets soortgelijks.
Als de claim wordt afgewezen krijgt de tegenstander 2 minuten extra.

Regel 10.2 is een regel om te voorkomen dat een speler onregmatig door zijn vlag wordt gejaagd, maar de regel die daarvoor in het leven is geroepen maakt het er niet makkelijker op.

maandag 25 januari 2010

Waar stond dat stuk?

Wegens drukke werkzaamheden is mijn blog er een beetje bij ingeschoten. Gelukkig kwam clubgenoot Ebe op een goed moment aanzetten met een vraag. Een uitstekende aanleiding om dit blog nieuw leven in te blazen.

De vraag die Ebe mailde was: "Tijdens een rapidtoernooi waarbij niet genoteerd werd gebeurde het volgende:
De witspeler pakt een zwart paard van het bord. Hij beseft dat hij dit stuk nu moet slaan, maar hij kan het op geen enkele manier slaan! Hij zet het paard weer terug op het bord op veld e5. De tegenstander is het hier niet mee eens en zegt dat het paard op e6 stond. Een ruzie ontstaat en de wedstrijdleider wordt erbij gehaald. Wat moet deze beslissen?"

Dit is typisch zo'n geval dat niet in de regels is vastgelegd en waarbij alleen de algemene regels je kunnen leiden en je gezonde verstand natuurlijk. Daarbij is het belangrijkste om beslissingen te nemen die de minste consequenties hebben, maar wel recht doen aan de zaak. Maar ja, blijft de vraag of dat paard naar e5 of e6 terug moet.
Als ik de vraag had gekregen zou ik beginnen om te kijken of het paard op beide velden niet geslagen kan worden. Daarnaast lijkt het me logisch dat je beter onthoudt waar het paard staat als het schaak gaf of een stuk aanvalt. Ook het raadplegen van onafhankelijke toeschouwers vind ik in zo'n soort geval niet verkeerd. Mocht dit allemaal geen duidelijke aanwijzingen geven, dan is er nog maar een mogelijkheid en die heeft te maken met een overtreding van de witspeler.
Het oppakken van het paard is een overtreding, omdat het niet geslagen kan worden en daarmee wordt de tegenstander afgeleid. De zwartspeler heeft geen schuld aan de ontstane situatie, dus zal ik het paard op e6 terugzetten, als ik geen andere aanwijzingen heb.

Schaken is een oorlogsspel, maar ruzie aan het bord is niet gewenst. De witspeler krijgt van mij dan ook een waarschuwing voor het veroorzaken van deze situatie en ik zal de zwartspeler op het hart drukken in het vervolg niet zelf de confrontatie aan te gaan, maar direct de klok stil te zetten en mij te waarschuwen.

Ebe, dank voor je mail. Goed getimed en ik ga proberen het blog weer wat regelmatiger bij te houden.

woensdag 24 juni 2009

Tijdnood

Een clubavond is niet de plaats waar je met het mes op tafel speelt, maar zeker als het ergens over gaat (promotie, kampioenschap, uitschakeling) kunnen de emoties wel eens hoog oplopen. Gelukkig was dat niet zo in onderhavig geval, een partij tussen Job en Martien. Twee spelers die ruim de tijd nemen voor hun zetten in het begin van de partij en daarom regelmatig in tijdnood komen. En in dit geval dus ...... allebei.

De situatie

Vooraf moet ik melden dat alle informatie die ik heb van de site www.dubbelschaak.nl/intern komt en alleen van de hand van Martien is. Mocht ik me vergissen dan zie ik dat graag terug in de reacties.

Dan de situatie. Er wordt een partij gespeeld in de interne competitie en daarbij moeten 40 zetten in een periode worden gespeeld en daarna is er nog beperkte tijd voor de rest van de partij. In dit laatste deel zijn we aanbeland als beide spelers minder dan 1 minuut op de klok hebben. Tijdens het zetten werpt Job een aantal stukken omver en nadat hij zijn klok heeft ingedrukt zet hij deze recht. Vervolgens gaat de partij verder en promoveert Job en even later, met 5 tegen 4 seconden op de klok in het voordeel van Martien, maakt Martien een opmerking tegen Job over het niet rechtzetten van de stukken in zijn eigen tijd.

Drie vragen komen naar boven:

1. wat te doen als er stukken omvallen?
2. heeft Martien nog recht van spreken, nu het voorval al vele zetten geleden is?
3. wat te doen bij promotie?

De regels

We hebben hier te maken met een partij met normaal speeltempo, daarom gelden alle artikelen, maar zijn de appendices A & B niet van toepassing.
Van belang is artikel 7.3:

Als door toedoen van een speler een of meerdere stukken niet op de juiste plaats staan, dan moet hij de stelling in zijn eigen tijd herstellen. Indien noodzakelijk moet de speler of zijn tegenstander de klokken stilzetten en om assistentie van de arbiter vragen. De arbiter kan de speler die de stukken van hun juiste plaats bracht bestraffen.

Zin 1 van dit artikel is glashelder. Zin 2 maakt het weer een stuk lastiger.
In de partij van Martien en Job was het het beste geweest als Martien, nadat Job de klok had ingedrukt en de stukken niet had rechtgezet, de klok van Job weer had aangezet met het verzoek de stukken weer goed neer te zetten. In dit geval is dat mogelijk, omdat er geen increment op de tijd wordt toegepast. Vandaar ook dat zin 2 is toegevoegd, want als je per zet er extra tijd bij krijgt, dan is het niet correct om de klok van je tegenstander weer aan te zetten, maar moet je de klok stilzetten en de arbiter roepen.
Als een arbiter van mening is dat een speler voordeel heeft van het niet rechtzetten van de stukken die hij heeft omgegooid zal hij vaak besluiten om een straf uit te delen. Ik zou in zo'n geval ervoor kiezen om de tegenstander van de speler die de stukken omgooide meer tijd toe te kennen. Twee minuten lijkt me in dit geval correct.

Had Martien nog recht van spreken tegen het eind van de partij, toen het voorval al vele zetten achter de rug was?
Naar mijn bescheiden mening niet. Je moet ingrijpen op het moment dat er iets gebeurt en niet als het mis dreigt te gaan.

Tot slot wil ik ook nog ingaan op het promoveren. Veel spelers is het niet bekend dat de klok mag worden gestopt als het stuk voor de promotie niet beschikbaar is. Artikel 6.12 lid b is hier heel duidelijk over:

Een speler mag de klokken slechts stilzetten om de hulp van de arbiter in te roepen, bijvoorbeeld als er promotie heeft plaatsgevonden en het vereiste stuk niet beschikbaar is.

Conclusie

1. Zet de klok van je tegenstander weer aan met het verzoek om de stukken weer recht te zetten.
2. Grijp bij onregelmatigheden onmiddellijk in, anders verlies je je recht van spreken.
3. Als het stuk van promotie niet beschikbaar is kun je de klok stilzetten.

Post mortem

Hetgeen Martien heeft beschreven heeft ook tijdens het laatste Corus toernooi plaatsgevonden en nog wel in de A-groep. In de partij tussen Teimour Radjabov en Jan Smeets stootte Radja op de 39e zet een stuk om en zonder deze recht te zetten drukte hij de klok in. Smeets drukte meteen de klok terug in (zonder een zet te doen) en Radja ging door zijn vlag.
Dat er uiteindelijk in deze partij remise is overeengekomen, is wat mij betreft onbegrijpelijk.

woensdag 3 juni 2009

Het vallen van de vlag

Mijn eerste voorzichtige stappen in de blog-wereld worden nu gezet. Waarom eigenlijk?
Al een aantal keer heb ik op woensdag een mail gekregen wat zich de vorige avond op de club heeft afgespeeld en of ik daar mijn mening als wedstrijdleider over wil geven. Het lijkt me een goed idee om deze informatie met iedereen te delen, om zo de kennis op de club te vergroten. Dus als ik een case heb zal ik die op deze blog zetten en in het begin is het de bedoeling dit maandelijks te doen.

De situatie

Tijdens het toernooi om de Meijerij beker spelen Franck en Job tegen elkaar. De partijen met ieder een uur bedenktijd eindigen in 1-1. Hierna moeten er, met 5 minuten p.p.p.p, nog twee potjes gespeeld worden. Er wordt gespeeld met een digitale klok en in de eerste partij gaan beide spelers door hun vlag, maar de DGT geeft aan dat Job eerder door zijn vlag is gegaan, doordat aan zijn kant een streepje staat. Wie heeft er gewonnen?

De regels

Bij het bepalen van de uitslag gaan we beginnen bij artikel 6 van de FIDE-regels van het schaakspel (te downloaden op www.schaakbond.nl). In lid 11 staat het volgende:

Als beide vlaggen zijn gevallen en het onmogelijk is vast te stellen welke vlag het eerst viel, dan
a. moet de partij worden voortgezet als het gebeurt in een periode die niet de laatste is.
b. is de partij remise als het gebeurt in een periode waarbinnen alle resterende zetten moeten worden gedaan.


Dit artikel zegt dat alleen in het geval het "onmogelijk is vast te stellen welke vlag het eerste viel" de regels bij a) en b) gelden. Dat is hier niet het geval, het streepje geeft aan dat Jobs vlag eerder is gevallen. Hiervan uitgaande zou Franck gewonnen hebben.

Échter voor rapid- en snelschaakpartijen kunnen andere regels gelden. Die staan vermeld in Appendix A en B en als daar niets staat, gelden de algemene regels.
Als eerste moeten we bij de rapidregels kijken. Overigens is een rapidpartij gedefinieerd als een partij tussen de 15 en 60 minuten duurt, of, indien er sprake is van een increment, als 60 zetten binnen die tijd moeten worden gedaan.

De eerste regel die van belang is is:
A3 Als er voldoende toezicht is (bijvoorbeeld één arbiter voor maximaal drie partijen), dan zijn de Wedstrijdregels van toepassing.

Dat is hier niet het geval, er was namelijk geen arbiter.

Dan geldt automatisch:
A4 Als er niet voldoende toezicht is dan zijn de Wedstrijdregels van toepassing, tenzij de volgende Regels voor Rapidschaak anders aangeven:

En achter deze dubbele punt staat o.a:
d. 1. De vlag wordt geacht te zijn gevallen na een terechte, desbetreffende claim door een speler. De arbiter mag het vallen van de vlag niet melden, maar als beide vlaggen zijn gevallen mag hij dit wel melden.
2. Om de winst na tijdsoverschrijding te claimen moet betrokkene beide klokken stilzetten en de arbiter hiervan in kennis stellen. De claim wordt slechts toegewezen als de vlag van degene die claimde niet en die van zijn tegenstander wel is gevallen na het stilzetten van de klokken.

3. Als beide vlaggen zijn gevallen zoals beschreven in d.1 en d.2, dan moet de arbiter de partij remise verklaren.

Van belang in dit geval zijn lid 2 en 3.

Nu kan het nog zijn dat de regels van het snelschaken (partijen korter dan 15 minuten p.p.) bovenstaande regels worden overruled. Dat is hier niet het geval.

Conclusie
De arbiter moet de partij remise verklaren.

Post mortem
Tijdens de clubavond waar deze partij werd gespeeld heeft Huub uiteindelijk de beslissing genomen en deze partij remise verklaard. Chapeau!!